Een van de bijwerkingen van ons transportsysteem dat het hinder voor omwonende zorgt. Maar wat is nu exact overlast of hinder?
Voor iedere persoon is de hinderbeleving van trillingen anders en is de vrees voor schade altijd gegrond. Maar hoe is te toetsen of een treinverbinding, busbaan of weg met verkeersdrempel trillingshinder of schade veroorzaakt?
Meten van trillingen conform SBR-Richtlijnen 2002 geeft duidelijkheid
In Nederland zijn voor deze vragen richtlijnen beschikbaar. De SBR-Richtlijnen 2006 beschrijft de meettechniek en het toetsingskader van gemeten waarden in 3 beoordelingsrichtlijnen: deel A (schade aan gebouwen), B (hinder voor personen) en C (storing aan apparatuur).
Wij hebben uitgebreide ervaring met het meten en beoordelen van alle soorten trillingen. Regelmatig onderzoeken wij het belastingsniveau van trillingen op gebouwen en mensen en toetsen wij dit aan de beschikbare richtlijnen. Dit doen wij bijvoorbeeld voor Prorail, Sweco Nederland, onder andere de Gemeenten Rotterdam, Vlissingen, Oosterhout, Hoogheemraadschappen Rijnland en Hollands Noorderkwartier, diverse sloopbedrijven en aannemers. Het meten van trillingen maakt een gevoelsbeleving immers feitelijk met als gevolg de mogelijkheid om er samen iets aan te doen.